Projectinformatie: |
Militairhistorisch Museum Dresden |
Bouwheer: |
Staatsbetrieb Sächs. Immobilien- und Baumanagement, Dresden/D |
Architect: |
Studio Daniel Libeskind AG, Zürich/CH |
Lichtontwerp: |
DELUX AG, Zürich/CH |
Elektrostudie: | IPRO Dresden, Dresden/D; INNIUS GTD Dresden/D |
Elektro-installatie: | Elektro Dresden West, Dresden/D; FAE Elektrotechnik GmbH & Co.KG, Heidenau/D |
Lichtoplossing: |
Zumtobel |
De nieuwe, door Billings Jackson Design ontworpen LED-armatuur overtuigt door het sterk gereduceerde design. Ze garandeert een discreet optreden in de ruimte en een rustig plafondbeeld. Het mooie hieraan: de lichtlijnen hebben geen overgangsplaatsen meer maar trekken zonder enige onderbreking doorheen de ruimte.
Ook bij de installatie biedt het LED-lichtlijnsysteem nog meer comfort en een verkorte montagetijd. Waar tot nog toe een lichtbalk, een reflector en de lamp achter elkaar op de draagrail werden geïnstalleerd, levert Zumtobel met Tecton LED nu een "all-in-one" oplossing. Nu moet enkel nog de LED-balk op de draagrail worden geklikt en de installatie is al klaar. Om de nodige flexibiliteit te verzekeren, staan modellen in twee lengtes, in een uitvoering met elektronisch voorschakelapparaat en in een dimbare uitvoering, ter beschikking.
Zumtobel. het Licht.
De 545 geïnstalleerde halreflectorarmaturen van de Zumtobel productserie Valuea zorgen niet alleen voor een duidelijk lager energieverbruik maar ook voor een verbetering van de lichtkwaliteit voor de medewerk(st)ers. De armaturen werden uitgerust met uiterst moderne fluorescentielampen en krachtige reflectoren. De hoogwaardige lichtkwaliteit blijkt ook uit de zeer goede kleurweergave-index > 80 en de gelijkmatigere verlichting. De lichtstroom is nagenoeg constant en ook omgevingstemperaturen van 35°C vormen geen probleem. “De halarmaturen hebben ons vooral overtuigd door de mogelijkheden die de verschillende lichtverdelingen en de regeling van de lichtsturing als groepsoplossing ons bieden. Valuea scheen ons gewoon een heel hoogwaardig product dat de technische eisen zeer goed vervult en ons een bijzonder goed besparingspotentieel garandeert", aldus nog Markus Sand.
De verantwoordelijken hechtten vooral veel belang aan de integratie en het gebruik van een daglichtafhankelijke lichtsturing om zoveel mogelijk energie te besparen. Omdat het grootste deel, namelijk meer dan 90 procent, van het energieverbruik tijdens de levensduur van een armatuur ontstaat, is het besparingspotentieel daar ook het grootst. Het gebruik van een modern lichtmanagementsysteem is daarom de optimale oplossing om een energiezuinige toepassing van armaturen makkelijker te maken. Bij de presentatie van de halreflectorarmatuur Valuea vond dan ook vooral het gebruik van moderne voorschakelapparaten, die bovendien compatibel zijn met een lichtmanagementsysteem, veel weerklank. Alleen al het eenvoudige dimmen doet het energieverbruik in vergelijking met een niet dimbare lichtoplossing met 30 procent dalen. Door de integratie van de daglichtafhankelijke schakeling wordt het energiebesparingspotentieel nog groter. Een ander voordeel voor de klant was ook het “flikkervrije” licht aan roterende machines.
Tegenover de conventionele halfloodlights met 50 Hz technieken worden de fluorescentielampen aangedreven met 22 kHz waardoor stroboscopisch effecten worden vermeden.
Het gebruikte Zumtobel lichtmanagementsysteem Dimlite maakte een makkelijke configuratie via plug & play mogelijk. De gewenste componenten werden gewoon aan een basismodule toegevoegd en via een automatische set-up gestart. Zo werd nog meer energie besparen heel makkelijk gemaakt voor de klant. De gevraagde groepssturing kon probleemloos worden gerealiseerd zodat de verschillende armatuurgroepen individueel en daglichtafhankelijk kunnen worden gedimd. Zo wordt het kunstlicht slechts in die mate gebruikt als dit voor een normconforme verlichtingsoplossing noodzakelijk is. De maximale verlichtingssterkte van 300 Lux, die in industriehallen vereist wordt, blijft daarbij intact en wordt door Valuea optimaal ondersteund. Indien nodig kan ook de integratie van een aanwezigheidsmelder in het lichtbesturingssysteem worden overwogen.
Het resultaat wordt treffend samengevat door Risse+Wilke zaakvoerder, Dr. Kai Wilke: “De verlichtingsrenovatie verbetert de kwaliteit van de werkomgeving van onze medewerkers, ze spaart natuurlijke grondstoffen uit en verlicht onze dagdagelijkse werktaak. Een perfecte combinatie dus – vooral ook omdat we met behulp van de lichtsturing nu ook flexibel op wijzigingen binnen de magazijn- of productieruimtes kunnen inspelen.”
Projectinformatie: |
Risse + Wilke Kaltband GmbH & Co. |
Bouwheer: | Risse + Wilke Kaltband GmbH & Co., Iserlohn/D |
Elektrostudie: | Mark-E, Hagen/D |
Lichtoplossing: | Zumtobel » halreflectorarmatuur VALUEA » lichtmanagement DIMLITE |
Beelden: Publicatie gratis met vermelding van: Zumtobel
Het lichtconcept werd ontworpen door Lichtvision GmbH in samenwerking met Zumtobel. Dat de omgang met de waardevolle expositiestukken bijzondere aandacht vereist, bevestigt ook lichtontwerper Karsten Ehling: “Een lichtontwerp maken omvat meer dan louter een mooi idee hebben. Het concept moet technisch realiseerbaar zijn en ook het onderhoud van het gebouw speelt een rol. Vooral in musea moeten ook conserveringsaspecten in overweging worden genomen, met andere woorden hoeveel licht bijvoorbeeld een oud portret mag krijgen.” De licht- en elektro-ingenieurs en Zumtobel hebben bij de realisatie van de globale lichtoplossing voor het gebouw dan ook vooral met deze aspecten rekening gehouden.
Zonder omwegen stappen bezoekers rechtstreeks vanuit de ontvangsthal van het museum de sculpturenzaal met zijn vele filigraanwerk binnen. Vlak daarnaast heb je dan de heringerichte binnenplaats. Dit voorheen ongebruikte binnenplein werd door Staab Architekten getransformeerd tot een representatieve lichthal en overdekt met een over twee etages verdeeld magazijn. Het 70 meter lage, 25 meter brede en tien meter hoge depot zweeft als een reusachtige brug over de 1700 vierkante meter grote, zuilloze binnenplaats. Zo heeft het architectuurkantoor rond Volker Staab op geraffineerde wijze een “ark voor de kunst” gecreëerd. “We hebben de onderzijde van het magazijn bekleed met een halfdoorschijnend spanplafond”, legt Volker Staab uit. In werkelijkheid valt uitsluitend door de buitenste plafondbanen gefilterd daglicht naar binnen. Verder zijn daar ook Zumtobel lichtlijnen geïnstalleerd die indien nodig via een lichtsturingssysteem mee kunnen worden ingeschakeld. Een boven op het dak van het Albertinum geïnstalleerde daglichtmeetkop meet het invallende daglicht. Wanneer dit niet volstaat voor de vereiste verlichtingssterkte, worden via het lichtmanagementsysteem Luxmate Professional automatisch de Tecton lichtlijnen ingeschakeld. Zo wordt bijvoorbeeld verzekerd dat ook bij slecht weer of bij het vroegtijdig invallen van het schemerduister in de winter de lichthal niets van haar schittering verliest en het licht de heringerichte ruimte op mystieke wijze in scène zet. Over de hele lengte van de plafondbanen zijn bovendien in twee 3-fasestroomrails Arcos spots ingezet. Via een DALI-sturing kan elke spot via het lichtsturingssysteem Luxmate Professional individueel geadresseerd en gestuurd worden. De gerichte accentverlichting wordt vooral bij evenementen gebruikt. Zo kan het reusachtige areaal rijkgeschakeerd – van een gelijkmatige basisverlichting tot genuanceerde lichtkegels – worden verlicht.
Op de eerste verdieping gunt de rondgang een inkijk in de kunst van de klassieke oudheid tot vandaag. De hele etage werd door Zumtobel op eenvormige wijze met Arcos spots uitgerust. Gemonteerd op Tecton draagrails kunnen de DALI-gestuurde spots perfect worden gepositioneerd. “Met de spots beschikken we gewoonweg over maximale flexibiliteit bij het verplaatsen of weghalen van schilderijen. Door de individuele uitlijning en sturing van de spots hebben we bij de inrichting volledig de handen vrij", aldus Michael John, hoofd van de technische dienst. Het gebruik van de 11-polige stroomrail wordt bovendien aangewend voor de moderne LED-veiligheidsverlichting: omwille van hun hoge efficiëntie en de ideale lichtverdeling volstaan al enkele compacte Resclite LED-armaturen om de expositiezalen in geval van nood veilig te verlichten. Geïntegreerd in de Tecton rail zijn ze ook nauwelijks zichtbaar. Met een minimaal aangesloten vermogen van vijf Watt en een levensduur van 50.000 uur kan het museum klinkende munt uitsparen.
Terwijl de ruimtes voor hedendaagse kunst in rustige witte kleuren zijn gehouden, herinnert de als monument beschermde Klingerzaal nog aan de oorspronkelijke interieurinrichting. Met filigraanwerk versierde zuilen, mystiek wijnrode wanden en fijn uitgewerkte versieringen voeren de bezoeker terug naar de tijd van de daar getoonde schilderijen en sculpturen. Omdat in het licht van de verplichte monumentenzorg geen grote bouwkundige veranderingen mochten worden doorgevoerd, is dit ook de enige zaal zonder klimaatregeling. Toch was het mogelijk om de verlichting aan te passen. Ook hier tonden de Arcos spots weer hun flexibiliteit. Ondanks de grote plafondhoogtes komen de verschillende kunstwerken dankzij het sterk gefocusseerde licht optimaal tot hun recht, de fijnste nuances en materialen worden gepast geaccentueerd. Om een tweedimensionaal wandlicht te kunnen realiseren, werden speciale wandfloodlightvoorzetelmenten met een speciale lens en een floodlightreflector-inzetelement gebruikt. Op andere plaatsen werden dan weer antiverblindingskleppen ingezet om het strooilicht buiten het verlichte object effectief en flexibel te reduceren. In de gebruikte QT 12-lampen zijn reeds IR- en UV-filters geïntegreerd. Ze garanderen consequent beschermend licht in het hele museum.
Eenmaal op de tweede verdieping aangekomen, verandert het karakter van de ruimtes aanzienlijk. De hier getoonde schilderijen dateren vooral van na 1945 tot nu. Kunstenaars als C.D. Friedrich, Gerhard Richter of Georg Baselitz zijn in verschillende kabinetten vertegenwoordigd. Waar de eerste etage nog gekenmerkt werd door drie grote expositiezalen langs lineaire assen en slechts twee kijkdepots aan de kopse zijden, is de tweede verdieping in vele kleine kabinetten onderverdeeld. Op zijn weg doorheen de tentoonstelling beleeft de bezoeker een spannende tijdreis doorheen de kunstgeschiedenis. Anders dan in de overige museumvertrekken kiest het lichtconcept hier voor een indirect langs achteren verlicht rasterplafond. Zo lijkt het alsof het daglicht rechtstreeks doorheen het plafond naar binnen stroomt. Het rustige plafondbeeld maakt bovendien de ruimtes optisch groter en geeft aan de schilderijen veel ruimte tot zelfontplooiing.
Tot slot werd bij de renovatie niet alleen aan de normale, dagdagelijkse werking gedacht. Ook in uitzonderlijke omstandigheden moet het licht voor veiligheid en oriëntatie zorgen. Naast de geïnstalleerde LED-veiligheidsarmaturen zijn in geval van nood ook vluchtwegarmaturen aanwezig. Bij de dagelijkse gang van zaken blijven de zeer slanke armaturen discreet op de achtergrond. Een hoogwaardig kader uit slechts 3 mm dik aluminium, een geringe opbouwhoogte en een zichtbaarheidsafstand van 30 meter illustreren de moderne mogelijkheden van de LED-technologie. Zo kan in alle rust en veiligheid van het museumbezoek worden genoten.
Projectinformatie: |
Albertinum Dresden/D |
Bouwheer: | Staatsbetrieb Sächsisches Immobilien- und Baumanagement, Dresden/D |
Architect: | Staab Architekten, Berlin/D |
Lichtontwerp: | Lichtvision GmbH, Berlijn/D |
Elektrostudie: | DEIB GmbH Dresdner Elektro – Ing.-Büro, Dresden/D |
Elektro-installatie: | Elektro Dresden West GmbH, Dresden/D |
Lichtoplossing: |
Zumtobel » Spotserie ARCOS » lichtlijnsysteem TECTON » LED-veiligheidsarmatuur RESCLITE ESCAPE » LED-vluchtwegarmatuur PURESIGN » pendelarmatuur FREELINE » lichtserie PERLUCE |
Olafur Eliassion beschrijft zijn ontwerpconcept als volgt: “Your rainbow panorama gaat een dialoog aan met de bestaande architectuur en versterkt wat reeds eerder werd verzekerd, met name het zicht op de stad. Ik heb een ruimte willen creëren waarin de grenzen tussen binnen en buiten bijna volledig oplossen – waar mensen niet meer goed weten of ze nu een kunstwerk of een deel van het museum binnengestapt zijn. Deze onzekerheid is voor mij zo belangrijk omdat ze mensen ertoe aanzet om te denken en te voelen buiten de gewone grenzen waarbinnen ze zich normaal bewegen.”
“Your rainbow panorama” is het laatste puzzelstuk van het in 2004 voltooide kunstmuseum ARoS. Het teerlingachtige, negen etages tellende museumgebouw met glazen voorgevel en een groots opgevatte museumstraat binnenin lijkt wel voorbestemd voor de regenboogsculptuur. De cirkelronde loopbrug 50 meter boven de begane grond heeft een diameter van 52 meter, is drie meter breed en werd geïnstalleerd op smalle zuilen drie en een halve meter boven het dakterras van het museum. Eenmaal de bezoeker “Your rainbow panorama” heeft betreden, gaat voor hem of haar via de glazen wanden een uniek panoramisch zicht over Aarhus open. Elk van de gekleurde glasschijven werd speciaal vervaardigd omdat ze voor het rondlopend wandelpad elk een speciale buiging nodig hebben. Ze vormen de enige dragende constructie voor het dak. Overdag is het het natuurlijke zonlicht dat door de gecoate glasschijven schijnt en de hele installatie in de regenboogkleuren doet oplichten. Bij valavond en ’s avonds vervangen 116 ingebouwde projectspecifieke armaturen van Zumtobel het ontbrekende daglicht.
Om hetzelfde effect als overdag te bereiken, mocht geen enkele armatuur open zichtbaar zijn. De lichtoplossingspecialist heeft dit opgelost door een speciaal ontwikkelde indirecte verlichting. Daarvoor werden de indirect stralende T16-armaturen langs de binnenbegrenzing van de loopbrug gemonteerd. De speciale armaturen werden in de bodemranden onder een begaanbaar antiverblindingsraster ingewerkt. Speciaal voor het project werden de reflectoren en armatuurmaterialen zo geoptimaliseerd dat het licht het hele plafondvlak symmetrisch verlicht. Het plafond van de panoramische wandelweg wordt zo een virtuele lichtbron die de gekleurde glasschijven van buiten uit tegen een lichte achtergrond gekleurd doet oplichten terwijl de bezoekers ongestoord van het uitzicht kunnen blijven genieten.
Dr. Harald Sommerer, CEO van het merk Zumtobel, besluit: “Zulke projecten bieden ons de mogelijkheid om onze competentie voor de professionele verlichting van kunst- en cultuurobjecten te bewijzen. We zijn blij dat we de panoramische weg van Olafur Eliassion door ons lichtconcept ook ’s avonds tot zijn recht kunnen laten komen zodat voor de bezoekers een onvergetelijke architectuur- en lichtbeleving mogelijk wordt."
Projectinformatie |
Your rainbow panorama, Aarhus/DK |
Bouwheer: | ARoS Kunstmuseum, Aarhus/DK |
Architectuur: | Studio Olafur Eliasson, Berlin/D |
Elektrostudie: | NIRAS, Aarhus/DK |
Staalbouw/statica: | Rohlfing, Stemwede/D |
Elektro-installatie: | Risskov Installatoer Forretning A/S, Risskov/DK |
Lichtinstallatie: | Zumtobel Projectspecifieke oplossing: 116 indirecte armaturen met speciale reflectortechnologie (1/54 W) |
Publicatie gratis met vermelding van: © Ole Hein Pedersen
Korea heeft een nieuw landmark: het winkelcentrum Galleria Centercity in Cheonan. Een reus die reeds van ver zichtbaar is, wanneer de rit vanuit de 80 km verderop gelegen hoofdstad haar einde nadert. Niet alleen de afmetingen van deze consumptietempel benemen je de adem, dat doet ook de mediagevel met een oppervlakte van 12.600 m². Meer dan 22.000 LED-lichtpunten geven aan het bouwwerk met behulp van dynamische lichtensceneringen een glinsterend omhulsel dat op indrukwekkende wijze boven de stad uitsteekt. De door armatuurfabrikant Zumtobel speciaal ontwikkelde, bijzonder krachtige LED-spots zijn zo ontworpen dat ze bijna onzichtbaar in de gevel zijn geïntegreerd. Daardoor oefenen de nu eens snel, dan weer langzaam over de gevel van het gebouw golvende, gekleurde lichtsequenties een bijkomende fascinatie uit op de bezoeker. Zumtobel realiseerde deze unieke lichtinstallatie samen met het gerenommeerde lichtdesignbureau ag Licht uit Bonn en het befaamde Amsterdamse architectuurkantoor UN Studio.
Wilfried Kramb, projectleider bij ag Licht, vat kort samen: “Onze doelstelling met de enscenering van de gevel was om een dergelijk grote oppervlakte zo te bespelen dat de globale indruk van het gebouw 's avonds iets gemeen zou hebben met de indruk overdag. We wilden bereiken dat ons lichtdesign de gelaagdheid van de gevel en het spel met de overlappende profielen zou weerspiegelen. Daaruit is uiteindelijk het basisidee ontstaan om het licht vanuit de gevelprofielen op de erachter gelegen gebouwlaag te projecteren. Het boeiende aan het project was voor ons om binnen de opgegeven randvoorwaarden een innovatief idee te ontwikkelen dat alle betrokkenen zou begeesteren."
Met dit project trekt Zumtobel haar succesvolle intrede in de gevelverlichting door. Van alle binnen het gevelsegment gerealiseerde lichtoplossingen is de Galleria Centercity tot hiertoe absoluut het grootste project. Het geldt als een mijlpaal voor de geïntegreerde mediaverlichting van gevels.
“In Azië worden winkelcentra niet louter voor het consumeren bezocht. Shoppingmalls zoals de Galleria Centercity zijn in het Verre Oosten tegelijk plaatsen van sociale interactie”, weet Ben van Berkel, architect van het winkelcentrum en directeur van UN Studio, ons te vertellen. Daarom hechtte het Amsterdamse architectuurkantoor bij het ontwerp zeer veel aandacht aan de gebruikersvriendelijkheid. Daarom ook reikt het aanbod in het winkelcentrum veel verder dan pure winkelmogelijkheden en zijn er ook verschillende culturele ontmoetingspunten.
“Om het warenhuis als een levendige ruimte in te richten, was er zowel buiten als binnen nood aan een unieke expressiekracht die bezoekers aantrekt, tot verpozen uitnodigt en tot terugkomen aanzet”, gaat Ben van Berkel verder. De multimediaal bespeelde gevel zet deze idee perfect om: zachte kleur- en lichtsequenties in soepele, golvende bewegingen toveren een fascinerende beweging op de grootschalige gebouwvlakken. De door UN Studio ontwikkelde computeranimaties werden bijkomend in het lichtdesign geïntegreerd. De geïnstalleerde DMX-sturing zorgt voor een individuele programmering van de individuele LED-spots en transfereert de animatie detailgetrouw op het gebouwoppervlak. In het samenspel met alle LED-spots ontstaan zo levendig overkomende beelden en boodschappen op de gevel. De vloeiende overgangen tussen de verschillende beeld- en kleursequenties creëren magische blikvangers. Ondanks de vaste sequenties, die speciaal aan de architectuur zijn aangepast, lijkt geen enkel “beeld” op een ander te gelijken zodat het oog geboeid blijft kijken naar een nooit eindigende lichtpartituur. Het kubusachtige gebouw presenteert zich overdag in een reflecterende, niet eenduidig te vatten architectuur met een zweem van mystiek en wordt 's nachts een glinsterende, oneindig transformeerbare stadsmagneet.
Voor de gevel ontwikkelden de architecten een speciale constructie uit dubbele, asymmetrisch boven elkaar geplaatste en verticaal geschikte aluminiumprofielen waardoor er een moiré-effect ontstaat. De achterste lamellenlaag bestaat uit een aluminium paneel. Voor de voorste laag ontwierpen de architecten op maat gesneden driehoeksprofielen uit aluminium voorzien van gehard glas. Dit detail is van bijzonder belang voor de lichtwerking want de speciaal door Zumtobel ontwikkelde RGB-LED-spots zijn volledig in deze profielen van de buitengevel geïntegreerd. Uiteindelijk wordt het licht van daaruit op de binnenste gevellaag geprojecteerd en op het gebouwoppervlak gereflecteerd. Het aldus indirecte, absoluut verblindingvrije licht laat toe om de in principe sterk gefocusseerde LED-lichtpunten in grote beeldpunten om te zetten. Zumtobel heeft in totaal drie verschillende pixelsoorten gebruikt die zich door verschillende optieken en de daaruit resulterende lichteffecten van elkaar onderscheiden. In de hoeken van het gebouw werd een hoge resolutie van 400 x 400 mm pixels ingezet, aan de overgangen tussen rechte vlakken en een hoek een middelhoge resolutie. En de geringe resolutie van 800 x 800 mm pixels is optimaal geschikt voor de enorme afmetingen van de rechte vlakken. Van de meer dan 22.000 armaturen zijn er 12.399 van 3,6 W in RGB-uitvoering toegepast, de ongeveer 10.000 andere zijn uitgevoerd in wit met een vermogen van 1,2 W. Het concept van de grootschalige indirecte pixels garandeert naast de harmonieuze luminanties een zeer hoge efficiëntie naar het te verlichten vlak toe.
Zo illustreert de Galleria Centercity op bijzondere wijze hoe gevels tot interactieve elementen van de stedelijke context kunnen uitgroeien en hoe de stedelijke ruimte door licht wordt vormgegeven – zonder dat dit indirecte, verblindingvrije licht een storende invloed uitoefent op de aangrenzende stad.
Projectinformatie: |
Galleria Contercity, Cheonan/KR |
Bouwheer: | Hanwha Galleria, Cheonan/KR |
Architectuur: | UNStudio Amsterdam/NL |
Uitvoerende architecten: | GANSAM Architects & Partners, Seoul/KR |
Lichtstudie gevel: | ag Licht, Bonn/D |
Elektro-installatie gevel: | B2, Seoul/KR |
Mediaprojecties op gevel (inhoud): | UNStudio, Amsterdam |
Algemene aannemer gevelverlichting: | Hwangduck, Korea |
Lichtoplossing gevel: | Zumtobel Projectspecifieke RGB LED spots met beschermingsniveau IP65 en witte LED-spots |
DMX-sturing: | Lightlife, Berlin/D |
Publicatie gratis met vermelding van: Galleria Centercity, 2011, UNStudio © Kim Yong-kwan
Zo konden het energieverbruik met de helft, het waterverbruik met meer dan 70 % en de CO2-emissies met bijna 90 % verminderd worden. Het motto „minder is meer“ maakt in het stringente, esthetische concept van de architect Mario Bellini ook de beperking tot hoogwaardige materialen duidelijk: vloeren van natuursteen, zwart gewaxed staal ter benadrukking van de ruimtelijke structuur. Stucco Encausto voor de muuroppervlakken of gesatineerd, door LEDs verlicht glas staan voor eerlijkheid en duurzaamheid.
De omgebouwde foyer laat nu de symboliek van de tweelingtorens voor de Deutsche Bank, maar ook voor de stad Frankfurt en het financiële zakencentrum Duitsland ervaren. Hiervoor werd ook het gelijkvloers geopend en de twee torens tot op de grond verdergeleid. Een bovenlicht met een doorsnede van 18 m geeft het zicht op het silhouet van de torens vrij en hult de ruimte in een natuurlijk licht. Geïnterpreteerd als buitengedeelte, is de uitbreiding van de torengevel uit glas-sandwich-elementen met geïntegreerde aluminium-honeycomb-structuur opgebouwd en wordt van de achterkant verlicht door daglichtwitte LEDs. Daardoor wordt de entree hoger en krijgt meer transparantie en helderheid. Door deze indruk wordt het als vitrine gevormde ingangsportaal als verbinding met de urbane omgeving versterkt.
Het hele gelijkvloers is toegankelijk voor het publiek. Daar bevinden zich onder andere het nieuwe bankfiliaal en de ruimte voor een openbaar restaurant met terras in de richting van de Alte Oper. Dit gedeelte werd naar aanleiding van de hernieuwde opening van de torens eerst door internationale kunstenaars benut voor het programma „Globe For Frankfurt and the World“ met attractieve films, video‘s, muziek en discussies.
Mario Bellini ziet de „Bol“ waarop met gericht licht het accent wordt gelegd, als virtueel middelpunt van het gebouw. De bolvormige sculptuur van onbehandelde, edelstalen banden, die in de lucht van de foyer zweeft, weerspiegelt voor de architect het verleden, heden en de toekomst van een betrouwbare en stabiele organisatie, die gekenmerkt is door de dynamiek van de verandering. De „Bol“ wordt door twee verlichte verbindingsbruggen tussen de twee torens doordrongen. Omdat dit gedeelte bij het binnenste van het gebouw hoort, is de lichtkleur hier echter neutraalwit, een kleur die zich van de koelere charme van de voorgevel onderscheidt. De dramaturgie, met verschillende lichtkleuren de urbane omgeving naar binnen te halen, wordt in het hele gebouwencomplex consequent voortgezet. Het licht – met het juiste mengsel van dag- en kunstlicht – is hier dus essentiële creatieve tool.
Dit is ook te zien aan de buitengewone verlichtingsoplossing in de kantooretages. Aan de medewerkers van de Deutsche Bank wordt een eigentijdse werkomgeving geboden met grote kantoorruimtes of door glaswanden afgescheiden celkantoren, uitgebreid met een business lounge, een vergaderruimte, denktanks, service points en een teamarchief. De door Zumtobel speciaal voor dit project ontwikkelde zwaardvormige armatuur, levert – in combinatie met de intelligente gebouwentechniek – zijn bijdrage tot de energiebesparing van het gebouw. Vanwege het nieuwe energie- en aircoconcept vallen de luchtkanalen boven de werkplekken weg, zodat de hoogte van de ruimte van 2,65 m naar 3,00 m verhoogd kon worden. De techniek voor de luchtaanvoer en luchtafvoer – als aanvulling op de verwarmings- en koelplafonds aan het ruwe plafond – is in de plafondpanelen ondergebracht die parallel met de gevels en vloerzones lopen en de hoogte van de ruimtes tot 2,65 m verlagen.
De zwaardvormige armaturen zijn in de richting van de gebouwassen aan de plafondpanelen bevestigd en bieden gezien de complexe plattegrond met zijn ongewone ruimtevormen voordelen ten opzichte van een conventionele oplossing, bijvoorbeeld met indirect/direct stralende staanlampen of eenvoudige pendelarmaturen. Zo zijn helder gestructureerde kantooretages ontstaan die aan de hoge eisen van een homogene indruk voldoen en steeds een flexibele meubilering toelaten. Maar ook vanuit energetisch oogpunt overtuigt de zwaardvormige armatuur die voorzien is van een T16 fluorescerende lamp met 35 W en 82 % lamprendement bereikt. Want bij de certificeringsprocessen die met de planning gepaard gaan, worden de aansluitwaarden met betrekking tot de oppervlakte beoordeeld. En zoals Wilfried Kramb, lichtplanner bij a•g Licht in Bonn verklaarde, geeft elke „W“ die men in de kantoren bespaart bijvoorbeeld meer speling in de conferentiegedeeltes waar een op het gebruik gerichte verlichtingsoplossing met meerdere lichtbronnen vereist is. Met circa 8 tot 9 W/m2 ligt de zwaardvormige armatuur-oplossing, samen met de individueel inschakelbare tafellampen, duidelijk onder de grenswaarde van 11 W/m2, die voor de LEED certificering geldt. Maar niet alleen het aansluitvermogen is geminimaliseerd, maar ook het energieverbruik. De lichtsturing die zich op afzonderlijke zones richt, de daglichtsensoren en de aanwezigheidsmelders zorgen er namelijk voor dat de verlichting van de kantooretages aan de daadwerkelijke behoefte aangepast is.
De zwaardvormige armatuur heeft ook een voorbeeldfunctie wat de lichtkwaliteit betreft. De micropyramide-structuur MPO+ biedt door de optimale verblindingsbegrenzing goede ergonomische voorwaarden voor de beeldschermwerkplekken, onafhankelijk van de richting ervan. Het ingekoppelde licht wordt voornamelijk naar onder gericht, maar ten dele ook naar boven, al naargelang de noodzakelijke verlichting van het plafond. Daardoor wordt de als omgevingshelderheid voor bureauvlakken gedefinieerde lichtsterkte van 300 lx bereikt. Samen met de tafellampen worden de in de DIN EN 12464 vereiste 500 lx op de werkvlakken verkregen. Ook als pendelvariant bewijst de zwaardvormige armatuur zijn charme. Zo zorgen lampen die een draagprofiel hebben dat aan beide kanten voorzien is van zwaardvormige lichtprisma‘s, onder andere voor de verlichting van de werkplekken op het gelijkvloers.
Buitengewone lichtoplossingen stonden bij de renovatie van de bankcentrale centraal. Dit geldt ook voor de vergaderruimtes van het bestuur. Op een zeil lijkende plafondgedeeltes die formeel op de conferentietafels en de ruimtegeometrie afgestemd zijn, krijgen door de in de geordende chaos geïntegreerde lichtkanalen Slotlight II LED hun eigen karakter. Een echte uitdaging waren hierbij de voegloze overgangen aan de kruisingen. De 1,2-W-LEDs met hun 3.000 K kleurtemperatuur en brede stralingshoek zorgen samen met de opale PMMA afdekking voor een homogene indruk. Bovendien zijn de LEDs en het lamprendement van 73 % voorbeeldig voor de vereisten van de energie-efficiëntie en de LEED criteria. De grote vergaderruimte op de 35e etage van toren A presenteert zich op een heel bijzondere manier. Het centrale plafond van rvs panelen met de geïntegreerde verwarmings-, koel- en akoestiekfunctie doet denken aan een „bevroren meer“. Schijnbaar onregelmatig aangebrachte lichtprofielen die op het kanaalsysteem Logic-S gebaseerd zijn, bieden een aangename en functioneel hoogwaardige verlichting.
Project data |
Deutsche Bank AG, Frankfurt am Main/D |
Opdrachtgever: | Deutsche Bank AG, Frankfurt am Main/D |
Designarchitect: | Mario Bellini Architects, Milaan/I |
Uitvoerende architect: | gmp Architekten von Gerkan, Marg und Partner, Hamburg/D |
Lichtplanning: |
ag Licht - Gesellschaft von Ingenieuren für Lichtplanung, Bonn/D |
Lichtoplossing |
Zumtobel Speciale oplossing zwaardvormige armatuur » LED lichtlijn SLOTLIGHT » modulair lichtsysteem STARFLEX » lichtsysteem LOGIC-S |
De combinatie van technologie en design vindt in de spot Iyon een bijzondere uitdrukkingskracht: In een vloeiende beweging gaan behuizing en techniek, design en functionaliteit een fascinerende verbinding aan. De bijzondere opbouw van de uit drukgegoten aluminium bestaande behuizing maakt het mogelijk om de LED modules passief te koelen en zorgt zo voor een lange levensduur. De LED technologie die in de behuizing geïntegreerd is, overtuigt met een lichtefficiëntie van max. 65 lm/W. Uiterlijk is de omvangrijke functionaliteit van Iyon echter niet te zien. Door het zwart of wit gematteerde oppervlak en de zachte vormen kan de spot harmonisch in elke architectonische omgeving geïntegreerd worden en krijgt het medium licht ongekende aanpassingsmogelijkheden.
De spot is ontworpen door het architectuurbureau Delugan Meissl Associated Architects uit Wenen. De architecten zien een gebouw of een object steeds als een wisselwerking van verschillende factoren. Hun streven is om elke keer met iets nieuws te beginnen - iets dat als zodanig nog niet op de markt is. Bij de ontwikkeling van Iyon ontstond daarom het idee, de zintuiglijke prikkeling van licht in een vloeiende vormentaal weer te geven en een fysiologische esthetiek te creëren die alle zintuigen van de mensen aanspreekt.
Wat zijn naar uw mening de vereisten bij lichtconcepten voor verkoopruimtes?
Roman Delugan: De permanente verandering van levensomstandigheden heeft een ruimer begrip van ons consumptiegedrag teweeg gebracht: De koopbeleving wordt als vanzelfsprekend bestanddeel van ons alledaagse leven waargenomen, winkels hebben zich tot een „third home“ ontwikkeld. Zintuiglijke beleving en sfeer worden bij de vormgeving van winkels steeds belangrijker. Aan deze vereisten moet zowel architectonisch als lichttechnisch voldaan worden.
In hoeverre komt de spotserie Iyon tegemoet aan deze eisen?
Christian Schrepfer: De spot beschikt over talrijke instellingsmogelijkheden – van helderheidsregelingen, kleurtemperatuurdynamiek tot verschillende lumenpakketten. De zintuiglijke aspecten van het licht weerspiegelen zich in de behuizing van de Iyon.
Welke pretentie heeft het design van Iyon?
Roman Delugan: Verkoopruimtes zijn te vergelijken met een veranderlijk toneeldecor, deze eis stond centraal in onze gedachten. Het product voldoet aan deze eis door zijn aanpassingsvermogen en formele terughoudendheid, het munt uit door maximale toepasbaarheid. De vormgeving, de aard van het oppervlak en de functie-georiënteerde lichttechniek werden logisch op elkaar afgestemd. De neutrale kleur van het product, diep zwart resp. wit, zorgt voor een optimale integratie van het object in de ruimte, waardoor de focus zich op de effectiviteit van het licht richt.
Christian Schrepfer: Bij Iyon hebben wij het complexe technologie-pakket met de behuizing van een klassieke reflector verbonden. Door de versmelting van deze twee componenten ontstaat een harmonische wisselwerking van het object en het medium licht.
Traditie en innovatie – waar plaatst u Iyon tussen deze twee tegenstrijdige parameters?
Roman Delugan: Innovatie is bij elk ontwerp de centrale grondgedachte van onze aanpak. Desondanks is traditie geen negatieve component, maar vormt soms het uitgangspunt van de vormgeving. Productdesign impliceert zowel traditie als innovatie.
Christian Schrepfer: Wat de spotserie Iyon betreft, is dit werkelijk een mooie gedachte, want bij Iyon zijn deze parameters met elkaar versmolten. Van de traditionele kant: De hoogmoderne, gepatenteerde mengkamerlens die de natuurwetten van het licht volgt en het licht door lichtbrekingen via de reflector heel exact op het object richt. Van de andere kant: De LED printplaat die als module opgebouwd is en tegen de pijlsnelle technologische ontwikkeling opgewassen is. Op deze manier zijn beide componenten – de sterke innovatie van de lamp, maar ook het optische systeem dat de natuurwetten volgt – met elkaar verbonden.
Als men het productdesign van vroeger met het productsdesign van nu vergelijkt – wat is dan fundamenteel veranderd?
Christian Schrepfer: Omdat hele productwerelden zich tegenwoordig in de digitale wereld lijken op te lossen, is het uitermate belangrijk om waardevolle producten te creëren. Dat betekent: producten met bijzondere fysieke en haptische eigenschappen – zoals bij Iyon. Oppervlak en vorm genereren hier een object dat zich bewust van andere producten onderscheidt.
Wat zal naar uw mening dus de komende jaren bij de verlichting van verkoopruimtes gaan veranderen? Hebt u een visie?
Roman Delugan: Inkopen via internet speelt vanwege de steeds eenvoudigere bedienbaarheid van de betreffende platformen een steeds grotere rol. Misschien is het binnenkort mogelijk om driedimensionele ruimtes binnen te stappen. Virtuele werelden zijn echter geen vervanging voor de waarneembaarheid van reële verkoopruimtes. Nieuwe LED technologieën of een kleurtemperatuurdynamiek die bijvoorbeeld aan de tijden van het jaar en de dag aangepast kunnen worden, bieden uiterst individuele mogelijkheden om een product te presenteren. Iyon biedt deze mogelijkheden in één spot. Zulke waarnemingen kan het internet of een beeldscherm niet bieden, waarmee we weer terugkeren naar mijn eerste uitspraak: De shop als „my third home“, waar ik me thuis voel en waarin stemmingen, sfeer en zintuiglijke beleving centrale elementen van de fysiologische waarneming vormen.
Project data
Delugan Meissl Associated Architects is een internationaal architectuurbureau dat in Wenen gevestigd is. In 1993 als Delugan Meissl ZT GmbH door Elke Delugan-Meissl en Roman Delugan opgericht, werd het bureau in 2004 tot Delugan Meissl Associated Architects (DMAA) uitgebreid. Andere partners van het bureau zijn tegenwoordig de jarenlange medewerkers Dietmar Feistel en Martin Josst. De eerste successen werden eind jaren 90 in de woningbouw behaald. Een van de bekendste projecten is intussen het nieuwe Porsche Museum in Stuttgart. Het bureau is bovendien werkzaam in de stedenbouw en in het interior- en productdesign.
» voor productfamilie IYON
Beelden: Publicatie gratis met vermelding van Zumtobel
Mevrouw Decq, uw architectuurbureau ligt in de wijk Le Marais in het centrum van Parijs. Is deze historische omgeving een inspiratiebron voor u?
Odile Decq: Ik woon en werk nu al meer dan 30 jaar in Parijs. Hierbij is het voor mij heel belangrijk om midden in het stadscentrum te zijn. De historische omgeving zelf is voor mij niet relevant, het is veeleer de ligging. Hier in het centrum is alles dichtbij en wij beschikken over een optimaal netwerk wat betreft het openbaar vervoer en de de wegen in de stad. Onze huidige kantoorruimtes heb ik 18 jaar geleden gevonden, vroeger bevond zich hier een fabriek voor koperen buizen – in de 18e en de 19e eeuw bestonden er veel van zulke werkplaatsen in deze omgeving. Tegenwoordig worden ze vaak door architectuurbureaus gebruikt, daarom zijn er zoveel in Le Marais.
Bestaat er voor u zoiets als een persoonlijk voorbeeld wat de historische architectuur in uw omgeving betreft?
Odile Decq: Voor mij is het Centre Pompidou reeds een deel van de geschiedenis. Toen het meer dan 30 jaar geleden gebouwd werd, studeerde ik nog architectuur. Ik weet nog heel goed dat onze kijk op moderne architectuur door deze nieuwbouw fundamenteel veranderde. Het gebouw laat werkelijk de grens tussen de geschiedenis en traditie enerzijds en een nieuw begin anderzijds zien. Voor de maatschappij was het Centre Pompidou zeker een grote schok, een sensationele donderslag bij heldere hemel, die ongekende nieuwe mogelijkheden voor de stad aangaf.
Uw ontwerpen staan bekend om hun veelzeggende hedendaagse esthetiek. Welke betekenis hebben de parameters continuïteit en contrast hierbij?
Odile Decq: Bij continuïteit gaat het om de vraag, hoeveel gebouwen in een bepaalde context gezien moeten worden. Dat betekent dat ze voor een bepaalde plaats ontworpen zijn en niet getransfereerd of gewoon ergens anders gebouwd kunnen worden. Het Macro museum in Rome bijvoorbeeld interpreteert de continuïteit met de stad op een moderne manier. De stad breidt zich in het binnenste van het gebouw uit, in de foyer en op het terras. De structuren van het gebouw laten dus continuïteit toe, maar ze organiseren de ruimte op een nieuwe manier, namelijk eigentijds. Naar mijn mening staat continuïteit ook in relatie tot het menselijk lichaam en zijn bewegingspatronen. Continuïteit is geen categorie van de formele architectonische taal, maar heeft betrekking op de organisatie van gebouwen en gebouwencomplexen. Het contrast heeft daarentegen betrekking op de vraag, hoe men iets hedendaags in een historische context ontwikkelt. Een nieuwbouw die aan reeds bestaande gebouwen toegevoegd wordt, vormt altijd een contrast, om het even waar hij staat.
Als een gebouw een dialoog met zijn urbane context aangaat, waar liggen dan de kwaliteiten die hedendaagse architectuur moet bieden?
Odile Decq: Daarop kan ik geen algemeen antwoord geven, omdat de dialoog steeds van de bestaande context van het bouwterrein afhangt. Daarom probeer ik door middel van ontwerpprocessen te begrijpen wat de stad betekent, wie erin gewoond heeft, hoe de stad zich ontwikkeld heeft en hoe ik deze ontwikkeling op een nieuwe manier kan voortzetten. De grote uitdaging hierbij is, nieuwe wegen te banen die naar de toekomst leiden.
Dan hoort de analyse bij uw ontwerpmethode?
Odile Decq: Dat klopt, ik analyseer heel veel. Het doel daarvan is, een programma en een beeld voor nieuwe gebouwen te ontwikkelen. Daarbij komt de vraag naar de vorm en het uiterlijk niet op de eerste plaats. Eerst moet men de structuren van een oord doorgronden.
Is de betrekking tot het verleden naar uw mening belangrijk, om toekomstige steden te bouwen?
Odile Decq: In elk geval. Er is geen kloof tussen gisteren en morgen. Ze zijn allebei door een onafgebroken stroom met elkaar verbonden.
Verbouwingen, uitbreidingen en saneringen worden steeds belangrijker in de architectuur. Wat vindt u van dit nieuwe werkterrein?
Odile Decq: Met het Macro museum in Rome heb ik cruciale ervaringen opgedaan op dit gebied. Het vroegere brouwerijgebouw stamt weliswaar uit de 20 ste eeuw, wat voor een stad als Rome echter niet echt oud is. Desondanks moesten wij de voorgevel behouden. Dus hebben we de buitenmuur als een soort van screen laten staan en een nieuw gebouw erachter geplaatst. Ik vond dit niet zinvol – in Frankrijk bestaat zelfs een begrip voor deze methode, we noemen het „Fassadisme“. Toch viel er over dit punt niet te discussiëren. Veel mensen zijn tegenwoordig bang voor hedendaagse architectuur en willen in plaats daarvan alles behouden.
In Frankrijk bestond het fenomeen van de Avantgarde. Denkt u dat avantgardistische ideeën in de architectuur ook vandaag nog een kans hebben?
Odile Decq: De Avantgarde is een historische beweging, in Frankrijk wordt tegenwoordig zeker geen avantgardistische architectuur meer gebouwd. Misschien was er een fase in de 70er jaren en later ook het tijdperk van de Grands Projets, die tenminste een frisse wind door de architectuur lieten waaien. Maar echt avantgardistisch was dat niet. Ik geloof dat er tegenwoordig geen Avantgarde meer bestaat, omdat architecten te dicht bij de macht komen.
Hoe komt u zelf aan uw ontwerpideeën?
Odile Decq: Voor mij gaat het er in de architectuur om, over de toekomst na te denken, te dromen, de wegen van het leven van morgen te verkennen en huizen voor de toekomst te bouwen. Deze worden tegenwoordig misschien nog niet geaccepteerd, maar ze zullen zich in de wereld van morgen bewijzen.
Welke rol spelen technische innovaties in uw werk?
Odile Decq: Het is van beslissend belang, nieuwe werktuigen te ontdekken waarmee wij nieuwe gebouwen kunnen uitvinden en het bouwen zelf kunnen verbeteren. Soms is het proces om opdrachtgevers, fabrikanten en controllers van innovaties te overtuigen, niet gemakkelijk. Maar het is fantastisch, als het uiteindelijk toch lukt.
Architectuur wordt steeds weer tot de leidende discipline van onze tijd uitgeroepen. Deelt u dit standpunt?
Odile Decq: Dat weet ik zeker. Architect zijn is een beroep waarbij men vooruit moet denken en gedurende lange tijdfasen aan een idee moet vasthouden. Architecten moeten aan morgen denken, nieuwsgierig zijn naar de wereld aan de andere kant van onze huidige horizon en onderzoeken hoe de maatschappij zich zal ontwikkelen. Een architect bouwt nooit voor vandaag, hij bouwt voor de toekomst. Daarom is architectuur ook een van de weinige disciplines die ertoe kan bijdragen de wereld van morgen te scheppen.
Beelden: Publicatie gratis met vermelding van Zumtobel
De samenwerking met gerenommeerde kunstenaars en de interactie tussen licht, architectuur en kunst zijn voor Zumtobel al heel lang belangrijke aandachtspunten. De internationale projectpartnerschappen met architecten, lichtontwerpers en kunstenaars geven immers talrijke innovatie-impulsen. Zo vormt ook het Mobile Art paviljoen weer een heel nieuwe belevingsomgeving voor het samenspel van architectuur, licht en kunst.
Mobile Art is een mobiel kunstpaviljoen dat in 2007 door Pritzker laureate Zaha Hadid voor het modebedrijf CHANEL werd ontworpen. Het organisch ontworpen gebouw was eerder reeds in Hongkong, Tokio en New York te zien. Nu werd het door CHANEL aan het Institut du Monde Arabe geschonken en zullen er in de toekomst tentoonstellingen van getalenteerde kunstenaars uit de Arabische wereld worden getoond.
De actuele openingstentoonstelling is gewijd aan de architecte van het Mobile Art paviljoen zelf en toont werken van Zaha Hadid. Daarmee krijgt de bezoeker een heel directe indruk van het formele en conceptuele repertoire van de architecte: het Mobile Art paviljoen vertaalt het intellectuele en fysische naar het zintuiglijke. De architectuur straalt door het gebruik van verschillende media en met behulp van ruimtelijke sequenties een uniciteit uit die de bezoeker verrast.
Over de idee van mobiele kunst zegt architecte Zaha Hadid het volgende: “Ik geloof dat de mensen door onze architectuur een inblik krijgen in een andere wereld die hen betovert; op die manier wekken we hun geestdrift voor ideeën op. Onze architectuur is intuïtief, radicaal, internationaal en dynamisch. We houden ons bezig met het oprichten van gebouwen die unieke ervaringen overbrengen en een gevoel oproepen iets vreemds en nieuws te beleven, vergelijkbaar met de ervaring die men heeft wanneer men naar een onbekend land reist. Ook het Mobile Art paviljoen wil op die manier een inspiratiebron zijn.”
De architectuurtaal van Zaha Hadid bekoort doordat ze zintuiglijke vormen weet te realiseren met een coherente logica. Zo belichaamt het Mobile Art paviljoen een nieuwe vorm van bouwen. “Het gaat om een natuurlijke, vloeiende architectuurtaal – beïnvloed door de nieuwe digitale ontwerp- en productieprocessen dankzij dewelke we de volledig organische vorm van het paviljoen konden ontwikkelen – in plaats van de seriële opeenvolging van herhalingen waardoor de industriële architectuur van de 20ste eeuw wordt gekenmerkt,” zo legt Zaha Hadid uit.
De unieke, vloeiende vorm van het Mobile Art paviljoen zet zich van de buitenmantel tot de binneninrichting door en draagt bij tot de structurering van de torusachtige expositiespiraal. “Zaha Hadid, une architecture” toont een aantal projecten en onderzoeksonderwerpen die in de voorbije jaren door Zaha Hadid Architects werden behandeld. Daarvoor worden verschillende media, architectuurmodellen, projecties of "Silver Paintings" ingezet én een verlichting op maat. Uit het ensemble van architectuur, kunst en licht ontstaat voor de bezoeker uiteindelijk een levendige enscenering en de mogelijkheid om de architectuur van Zaha Hadid zowel in de vorm van het Mobile Art paviljoen als ook in de getoonde werken te beleven.
“De interieurverlichting voor een dergelijk uniek object zoals het Mobile Art paviljoen was voor ons een bijzondere gelegenheid om te tonen dat licht als accentuerende factor een enorm vormgevend vermogen heeft”, verklaart de projectleider van Zumtobel Burkhard Ehnes. Wanneer bezoekers door de expositieruimtes flaneren, zorgt het sterk gefocusseerde licht voor oriëntatie. Het stuurt hun aandacht en ontvouwt een voelbare dramaturgie en emotionaliteit die zich overzet op de architectuur, de expositiestukken en de bezoeker. Deze stemmingsoverdracht wordt mogelijk gemaakt door de moderne troeven van de LED-technologie. De door Zumtobel gebruikte LED-spots ARCOS kunnen, gestuurd via DALI, hun kleurtemperatuur binnen het bereik van 2.700 tot 6.500 Kelvin traploos aanpassen. Dit garandeert een gedifferentieerde accentverlichting van de getoonde werken – nog extra ondersteund door de ingezette Supersystem LED-spots. Het lichtconcept onderstreept met zijn fijngevoelige, op individuele punten gefocusseerde verlichting de bijzondere architectonische structuur van het Mobile Art paviljoen. Dat toont ook de installatie van de armaturen: zowel aan het plafond als in de vloer van het paviljoen is een netwerk van curven aangebracht zodat piepkleine vlakken uit stretchweefsel ontstaan. Het daaruit gevormde, doorlopende ruimtelijke netwerk wordt door twee materialen tot stand gebracht: een zwarte ruimtelijke kaderstructuur bestaande uit CNC-gefreesde geleiderails uit hardschuim met PU-coating en witte opgespannen textielmembranen. De verlichting wordt bevestigd in de zwarte geleiderails. De armaturen passen zich optimaal aan de ruimtelijke structuur aan en volgen haar. Zo wordt het licht een vormgevend element van het Mobile Art paviljoen en begeleidt het de bezoeker bij zijn fascinerende interactie met vormen, logica, zintuiglijke waarnemingen en emoties.
Beelden: Publicatie gratis met vermelding van: B1 – B4 Francois Lacour
Terwijl Sejima en Ruye Nishizawa bij hun glasmuseum in Toledo het thema van het compleet van materie ontdane glazen onhulsel consequent forceren en in het kunstmuseum in Kanazawa het concept van ronde ruimtes binnen een rechthoekig wit paviljoen onderzoeken, verbinden ze in hun nieuwbouw in Lausanne deze twee vormgevingsprincipes en voegen er nog een ander beslissend moment aan toe: de beweeglijke topografie van vloer en plafond. Het resultaat is niet alleen een ongekende gebouwentypologie, maar een fascinerend, beweeglijk ruimtelandschap dat uit nauwe en wijde, hoge en lage ruimtes bestaat , uit plaatsen van uitwisseling en communicatie, maar ook van retraite, stilte en concentratie. Kazuyo Sejima legt uit: “Als u naar het gebogen plafond kijkt, zult u merken dat de vlakken volkomen ongestoord zijn. Wij hebben alle ingebouwde componenten weggelaten, om deze doorlopende indruk te bewaren. De afzonderlijke functionele gedeelte zijn niet door scheidingswanden in zones ingedeeld, maar door verschillende lichtsferen. Daardoor verandert het plafond niet alleen met het daglicht, maar straalt ook het kunstlicht terug in de ruimte, om het even of het van gevelspots, tafellampen, staande lampen of van pendelarmaturen uitgaat. Klaarblijkelijk was Sejima bij haar eerste rondgang door het voltooide gebouw zelf ook onder de indruk van de consequente realisatie van haar voorstelling van een minimalistische architectuur, waarbij zich geen constructief detail naar de voorgrond dringt, geen technische noodzaak de algehele indruk verstoort.
Bij de eisen die als gevolg van de complexiteit van de geometrie aan de draagconstructie, de voorgevel en de binnenafwerking werden gesteld, is dit geenszins vanzelfsprekend. Het uiterlijk van de ruimtes lijkt op de elegantie van een kunstschaatser die tijdens het optreden met zijn harmonieuze bewegingen de inspanning van het harde trainen laat vergeten. Zo zijn de hoge belastingen van de stalen dakconstructie over slechts enkele frêle, ronde steunen verdeeld, de gevelstijlen van de patio‘s, die al naargelang van de vereisten als slanke T-profielen of als houten profielen uitgevoerd zijn, nemen een groot deel voor hun rekening. Aan steunen en gevelstijlen zijn de eveneens geheel in het wit gehouden, speciaal ontwikkelde armaturen bevestigd die zich als abstracte cilinders aan de architectuur onderwerpen en desondanks een wezenlijke bijdrage aan de voornaam terughoudende sfeer leveren. Net als bij de voorgevel en de draagconstructie hebben de architecten het uniforme, eenvoudige verschijningsbeeld tot in het kleinste detail vastgelegd. Om de verschillende vereiste lichtsituaties met één enkel vormgevingselement af te kunnen dekken, integreerden ze de armaturen als afzonderlijke armaturen of in een constellatie van twee of drie stuks. Door de zwenkbare houder is het mogelijk om de armaturen in een verschillende hoek t.o.v. het diffuus reflecterende plafond in te stellen. Maar ook de technische performance en het interieur zijn individueel aan de betreffende situatie aangepast: in veel van de in totaal 282 armaturen die speciaal voor het EPFL Rolex Learning Center werden ontwikkeld, is naast een 35 Watt HIT halogeen metaaldamplamp met een speciaal IOS-reflectorsysteem bovendien een 100 Watt halogeenlamp als noodlicht ingebouwd. In de entree en de receptie zorgen LED plafond-inbouwarmaturen en elegante lichtlijnen bovendien voor een functioneel licht en plaatsen creatieve accenten. In de als ronde vertrekken uitgevoerde kantoren scheppen minimalistische staande lampen een aangename werksfeer, als het overvloedige daglicht niet volstaat. De bijzondere aandacht van de architecten ging uit naar een gelijkmatig heldere en toch verblindingsvrije verlichting van de leesplekken in de bibliotheek. De filigrane pendelarmaturen laten het plafond ook boven de leestafels als een witte hemel stralen en richten met hun micropyramide-structuur het licht exact op de tafels, zonder de sfeer van de basisverlichting te beïnvloeden.
De grootste uitstraling heeft het EPFL Rolex Learning Center echter kort voor zonsondergang: als de reflexen van de laag staande zon, de donkerblauwe hemel en de steeds duidelijker naar voren tredende zuiverwit verlichte ruimtes in elkaar overgaan, wordt dit ongeëvenaarde gebouw een magisch moment lang tot een unieke ruimte- en lichtsculptuur.
Op 17 mei 2010 ontving het architectenbureau SANAA de felbegeerde Pritzker Prijs voor architectuur.
Project informatie: | |
Opdrachtgever: | Losinger Construction SA, Bussigny/CH |
Architectuur: | SANAA, Tokio/J |
Planning elektrische aansluitingen: | Scherler SA, Le Mont/Lausanne/CH |
Elektro-installatie: | ETF, Bulle/CH |
Lichtoplossing | Zumtobel Speciale armaturen » inbouwarmaturen SLOTLIGHT II » LED downlights CRAYON » staande lamp MINIUM LITE » pendelarmaturen FREELINE |
Het Übersee-Museum is een van de meest bezochte musea van Duitsland. Het verenigt onder één dak natuurkundige, etnologische en handelsgeschiedkundige collecties. De nieuwe permanente tentoonstelling neemt onder de titel “Beleef mee wat de wereld doet bewegen” een volledige museumverdieping van in totaal 1.200 m² in. Bezoekers kunnen via zeven “paden” de boeiende en leerrijke expositie doorkruisen om globale fenomenen en hun verbanden op het spoor te komen. Behandeld worden onderworpen als communicatie, wereldeconomie, klimaatverandering, seks & geslacht, migratie, tijd en mensenrechten. Om de kennisoverdracht boeiend en afwisselend te houden, beschikt de tentoonstelling niet alleen over diverse beeldrijke voorstellingen maar ook over indrukkende expositiestukken en levensechte modellen. Talrijke proefstations nodigen uit tot onderzoek en geven bezoekers de mogelijkheid om hun eigen rol en culturele gezichtshoek binnen een globale samenhang te exploreren.
Om de zeven themawerelden beleefbaar te maken, ontwierp het team van het agentschap MUSEUMSREIF! een enscenering met veel ruimte en het juiste gevoel voor een belevenisvolle kennisoverdracht. “We zien ons als vertalers van expositiethema’s in ruimtelijke ensceneringen”, zegt het in innovatieve museum-, expositie-, voorlichtings-, onderwijs- en educatief entertainmentconcepten gespecialiseerde bureau. “ Ook wilden we – conform de wensen van het museum – in de streng gesynchroniseerde architectuur louter met inrichtingsmiddelen een “museumkern” ensceneren die haar stempel zou drukken zonder zich af te zetten of te storen”, verduidelijkt Jörg Werner van MUSEUMSREIF!.
Het lichtconcept van Zumtobel ondersteunt deze integratiegedachte door het consequente gebruik van de spotserie Arcos. Doorlopend op stroomrails gemonteerd, zijn de LED-spots uitgerust met verschillende uitstralingshoeken van spot- tot floodlight en met kleurtemperaturen van 3.000 of 4.000 K. Zo wordt het licht doelgericht – nu eens diffuus, dan weer gefocusseerd, nu eens in warm, dan weer in neutral wit – ingezet om een levendige ruimtelijke indruk te creëren. Daarbij blijven de armaturen zelf altijd op de achtergrond en passen ze zich qua kleur volledig aan het witte plafond aan. De hoogwaardige lenstechniek van de LED-module zorgt voor een gelijkmatige, zachte lichtverdeling. Dankzij het IR/UV-vrije licht kunnen de expositiestukken bij een uitstekende kleurweergave van Ra > 90 veilig worden verlicht. Lichtingenieur Andreas Witt, von Enjoy Witt & Roggenkamp, legt uit: “Wanneer we over moderne verlichtingsoplossingen spreken, is de LED-technologie voor ons, lichtingenieurs, binnen de kunst- en cultuurscène reeds een vaste waarde geworden, dit omwille van het energiebesparingspotentieel, de lichtkwaliteit en de levensduur. Vooral de optie om de kleurtemperatuur te kunnen instellen, de zeer goede lichtkwaliteit en het slanke design waren voor ons doorslaggevende argumenten om voor de permanente tentoonstelling het Zumtobel spotprogramma Arcos te gebruiken. “
Binnen de themawereld ‘Communicatie’ dienen vitrines in de vorm van tekstballonnen als kennisoverdragers. In fris geel tonen de verschillende stations een kort overzicht van de karakteristieke eigenschappen van menselijke en dierlijke communicatievormen. De vlak in de plafonds ingebouwde LED-downlights zorgen voor een gepaste verlichting. Klein, praktisch en veelzijdig inzetbaar bieden deze zuinige LED-armaturen van Zumtobel een optimaal alternatief voor laagspanningshalogeenarmaturen van 20 W of 35 W. Alle toegepaste Zumtobel armaturen kunnen worden gedimd en bieden op die manier bijkomend besparingspotentieel.
Projectinformatie: |
|
Bouwheer: | Übersee-Museum Bremen, publiekrechtelijke stichting; Bremen/D |
Inrichting en enscenering van expositie: | MUSEUMSREIF! GmbH, Bielefeld/Bremen/D |
Lichtstudie en elektro-installatie: | Enjoy Witt & Roggenkamp, Paderborn/D |
Lichtoplossing: | Zumtobel » LED-spot ARCOS » LED-downlight MICROS LED |
Zumtobel heeft de LED-spot Iyon samen met het Oostenrijkse architectuurbureau Delugan Meissl Associated Architects ontworpen. Vooral de duidelijke lijnvoering van de in drukgegoten aluminium vervaardigde behuizing geeft aan de spot een elegantie die gepaard gaat met een hoge functionaliteit. Roman Delugan beschrijft het design van Iyon als een vloeiend samenspel van object en medium: “Ons doel was de ontwikkeling van een spot met maximale inzetbaarheid. De vormgeving, de oppervlakteafwerking en de uiterst functionele, individueel stuurbare lichttechniek maken dit opzet zowel in esthetisch als functioneel opzicht waar." De bijzondere opbouw van de in drukgegoten aluminium vervaardigde behuizing maakt een zuiver passieve koeling van de LED-module mogelijk en stelt zo een lange levensduur veilig.
Met een armatuurefficiëntie tot 55 tot 77 Lumen/W overtuigt Iyon ook bij een rechtstreekse vergelijking met conventionele spots. Zijn zeer goede lichtkwaliteit dankt de LED-spot aan het gebruik van hoogwaardige LED-modules: Iyon met een stabiele kleurtemperatuur van 3.000 K of 4.000 K is verkrijgbaar in Advanced Stable White uitvoering voor een uitstekende kleurkwaliteit en –stabiliteit en een homogene lichtverdeling, en ook als Essential Plus en Essential Stable White versies voor puntprecieze accentueringen met een excellente efficiëntie. Armatuurlichtstromen van 1.000 tot 1.200 Lumen, 1.700 tot 2.100 Lumen en 2.300 tot 2.800 Lumen bieden daarbij een efficiënt alternatief voor HIT-armaturen tot 50 W. Zo overtuigt de spotserie door een constante lichtkwaliteit, een onderhoudsvrije levensduur van 50.000 h bij een lichtstroom van 70% en, door de dimbaarheid, extra energiebesparingspotentieel. Naast de reeds genoemde uitvoeringen zullen vanaf mei 2012 ook Tunable White versies in twee vermogenstrappen beschikbaar zijn. Bij een hoge kleurkwaliteit van Ra 90 kan de kleurtemperatuur op elk punt tussen 2.700 en 6.500 Kelvin traploos worden ingesteld. De flexibele aanpassing binnen het witlichtbereik maakt vooral bij een vaak wisselend productaanbod een optimaal op de producten afgestemde verlichtingsoplossing mogelijk die kleuren onderstreept, de waarneming verbetert en voor de nodige sfeer zorgt. Het IR/UV-vrije licht biedt bovendien het voordeel dat zelfs gevoelige materialen zoals textiel of cosmetica krachtig en van op geringe afstand kunnen worden verlicht.
Alle Iyon spots beschikken over uiterst precieze wisselreflectoren in met aluminium gesputterd polycarbonaat, via dewelke een heldere accentuering en verschillende uitstralingshoeken van smal tot breed stralend kunnen worden gerealiseerd. Bovendien zijn de Advanced Stable White en Tunable White uitvoeringen uitgerust met een gepatenteerde mengkamerlens voor een uitstekende kleurmenging.
De spotserie biedt met zijn omvangrijk aanbod – twee groottes, gereedschapsloos verwisselbare reflectoren en andere accessoires – een passende oplossing voor talrijke verlichtingstaken. De spot is verkrijgbaar voor de installatie in 3-fasestroomrails en als halve inbouwspot.
Het regelen van lichtsterktes van 10-100% gebeurt via DALI. De spot wordt standaard in mat zwart en mat wit aangeboden. Voor de armatuurserie geldt een garantie van vijf jaar inclusief voorschakelapparaten en LED’s. Iyon zal vanaf mei 2011 in de Stable White uitvoeringen verkrijgbaar zijn. De beschikbaarheid van Tunable White volgt dan in het voorjaar van 2012.
» voor productfamilie IYON
Beelden: Publicatie gratis met vermelding van: B1- B4: Zumtobel, B5: Udo Titz
Matteo Menghini, Projectmanager van Zumtobel Italië, geeft meer uitleg: “We wilden, van de noodzakelijke basisverlichting in de keuken over de uitnodigende ontvangstruimte tot het sfeervolle accentlicht aan de eettafels, vooral een harmonieuze lichtoplossing creëren die natuurlijk ook bij het moderne design moest passen. Daarbij werden onopvallende lichtbronnen met een voelbaar aangenaam feelgoodlicht vooropgesteld.”
Ook de armatuur in de foyer doet recht aan het hoge designgehalte van het paviljoen. Deze nieuwe armatuur werd, naar een ontwerp van het Milanese architectuurkantoor Park Associati, speciaal ontwikkeld en vervaardigd door Zumtobel in samenwerking met de firma Hasenkopf, een specialist in de bewerking van Corian®, een handelsmerk van Du Pont, en bekoort vooral door haar kristallijne vorm. De gepatenteerde MPO+ optiek van Zumtobel verhindert daarbij elke storende verblinding en maakt een homogene lichtverdeling in de ruimte mogelijk.
Het interieur van de “Cube" is flexibel ingericht om te kunnen inspelen op verschillende gelegenheden. De grote tafel biedt plaats aan 18 gasten, wordt echter voor en na het eten tot aan het plafond opgehesen. Dat creëert ruimte en transformeert het restaurant in een handomdraai tot een gezellige lounge. Daarbij levert het multifunctionele lichtsysteem Supersystem, dat zowel in de open keuken als in het hele restaurantgedeelte zelf wordt ingezet, voor elke situatie het bijbehorende licht. De extreem kleine en energiebesparende LED-spots van Supersystem passen zich harmonieus in de puristisch moderne architectuur in. Door hun gefocusseerde licht zijn de minimalistische Zumtobel spots uitstekend geschikt voor de accentverlichting. Zo wordt de hele ruimte subtiel en effectvol in scène gezet.
Eveneens naadloos in het plafond en dus in de architectuur geïntegreerd, garanderen de innovatieve LED-downlights Panos Infinity een vriendelijke, lichte inkomzone. Ook de lichtlijn Linaria overtuigt in de open ingerichte keuken door de kunst van de eenvoud. Ze zorgt met haar gelijkmatig licht voor het noodzakelijke visuele comfort.
Op reis doorheen Europa, van België over Italië, Zwitserland en Rusland tot in Zweden, zullen op elke halte uitgelezen topchefs de gerechten bereiden. Gedurende telkens drie maanden koken ze voor de gasten in de open keuken.
Beleef de Cube live op You Tube:
Opdrachtgever: | |
|
Absolute Blue, Bruxelles/B |
Architektuur: | |
|
Park Associati, Milaan/I |
Electro-installateur: | |
|
Greenville, Milaan/I |
Lichtoplossing (binnenin): | |
|
Zumtobel special armatuur Ibla » LED lichtsysteem Supersystem » LED-downlightserie Panos Infinity » lightlijn Linaria |
» voor productfamilie PANOS INFINITY
Beelden: Publicatie gratis met vermelding van: Zumtobel
Bijzonder populair waren lichtconcepten met LED-technologie. Op dit punt zal EuroShop 2011 ongetwijfeld als een belangrijke mijlpaal en doorbraakbeurs voor de shopverlichting op basis van LED’s de geschiedenis ingaan: “We hebben met onze innovaties de bevestiging gekregen dat vandaag al in nagenoeg alle toepassingsdomeinen van de shopverlichting het gebruik van de LED-technologie loont. Onze klanten zijn in grote mate bereid om in deze technologie te investeren en LED-oplossingen in hun filiaalnetwerk uit te rollen. Dit is een belangrijke groei-impuls voor het tweede grootste toepassingsdomein van het merk Zumtobel,” aldus Harald Sommer, CEO van de Zumtobel Group.
Zumtobel – een “warenhuis” vol lichtbelevingen
Op een standoppervlak van ongeveer 300 m² presenteerde Zumtobel innovatieve lichtoplossingen voor verschillende verkoopzones zoals rekken, etalages, koeltogen voor verswaar of uitstaltafels. De in witte tinten gehouden, open beursstand, die zich ’s avonds dankzij een multimediaperformance in een indrukwekkende coulisse transformeerde, vond grote bijval. Een van de belangrijkste innovaties is de nieuwe LED-spotserie IYON, waarvan de vorm speciaal geconcipieerd is voor de LED-technologie en die niet alleen scoort met een uitstekende lichtkwaliteit maar ook met een lichtstroom tot 3.200 Lumen. Het nieuwe LED-lichtsysteem Microtools voor de verlichting van rekken overtuigde vooral met zijn minimalistische vorm en uitstekende lichtkwaliteit. Voor het gebruik in koeltogen introduceert de LED-spot Vivo Tunable Food met een op knopdruk instelbaar kleurenspectrum een belangrijke innovatie voor de meest uiteenlopende verswaren.
Tunable White voor dynamische lichtensceneringen
Voor klanten uit de detailhandel wordt het thema licht almaar belangrijker omdat hiermee een “emotionalisering” en differentiëring van verkoopruimtes kan worden gerealiseerd. Daarom ook legde Zumtobel bij de presentatie van haar nieuwe producten onder andere de nadruk op innovatieve functies zoals “Tunable White”. Door deze technologie, die ondertussen in verschillende LED-downlights en –spots wordt toegepast, kunnen in één armatuur verschillende witlichttinten van 2.700 tot 6.500 Kelvin worden ingesteld. Andere pluspunten van het gebruik van LED’s in shops zijn de lage bedrijfs- en onderhoudskosten en de geringere warmteafgifte.
Fotos: Publicatie gratis met vermelding van Zumtobel
Zeer belangrijk bij de verlichting van waardevolle producten zijn een hoge verlichtingssterkte en goede kleurweergave die vooral de kleuren van de edelstenen, de parels en de metaalkleuren in hun natuurlijke pracht moeten versterken – zonder daarbij kleuren te vervalsen. Bovendien komt het erop aan de waardevolle juwelen op fijnzinnige wijze te verlichten om de aandacht van de klanten gericht naar de artikelen te sturen. Een proefpresentatie bij de bouwheer toonde alvast dat een doordachte mix van warm en neutraal witte lichtkleuren noodzakelijk is om edelstenen en briljanten adequaat te verlichten en hun kostbaarheid te onderstrepen.
Daarom kozen de lichtingenieurs en bouwheren voor de spotserie Arcos, die door zijn omvangrijk aanbod van optieken en accessoires een optimale oplossing voor shopsituaties biedt. Vooral de warm witte lichtkleur (3000 K) van de Arcos spot zorgt in de etalages voor een attractieve atmosfeer die de klanten uitnodigt te blijven staan en de winkel binnen te gaan. Ook formeel vervult Arcos alle criteria: uitgerust met 35 W overtuigen de HIT-spots met een zeer hoge lichtkwaliteit van Ra > 90. Zijn compacte afmetingen en het rechtlijnige design passen perfect bij het moderne interieur van de verkoopruimte, waardoor de spot zich hierin discreet weet in te passen. Van buiten uit bekeken, blijft de lichtbron nagenoeg volledig verborgen zodat de goed verlichte juweeltjes nog extra aan glans winnen.
Om de kwaliteit van de exclusieve producten te benadrukken, zetten de verantwoordelijken bovendien het LED-lichtsysteem Supersystem met 4000 K in. De gebruikte neutraal witte lichtkleur doet de exclusieve pareltjes in de ogen van de kijker letterlijk schitteren: door de zeer goede kleurweergave-eigenschappen en de hoge lichtkwaliteit van de armaturen worden de juwelen kleurgetrouw en met de bijbehorende glans in scène gezet. Een geslaagde sfeervolle setting, dat bevestigt ook Adrian Meister: “Dankzij het competente advies en de proefpresentatie en productkeuze van Zumtobel hebben we uiteindelijk de optimale oplossing gevonden. Veel van onze klanten zijn echt enthousiast over de flair van onze nieuwe etalage.”
Alle Zumtobel armaturen zijn eenvormig op 3-fasestroomrails gemonteerd waardoor een zeer homogeen en rustig beeld ontstaat. Om nog een extra optimale focussering van het licht op de producten te bekomen, zijn de Arcos spots uitgerust met twee verschillende reflectoren. Smal tot zeer smalle uitstralingshoeken sturen het licht nu eens meer, dan weer wat minder punctueel op de producten. De hiermee contrasterende Arcos wallwashers aan de achterwanden van de etalages zorgen voor een evenwichtige verlichting.
Projectinformatie: | |
Bouwheer: | Meister Juwelier, Zürich/CH |
Architect: | Designculture, Zürich/CH |
Elektro-installatie: | Elintec AG, Zürich/CH |
Lichtoplossing: | Zumtobel » spotserie Arcos » LED-lichtsysteem Supersystem |
Voor de 500 m² grote speelgoedafdeling en de ruime schoenencollectie van het Maxi Mode Center werd een modern ruimte- en lichtconcept gerealiseerd: Slotlight lichtlijnen garanderen een gelijkmatige basisverlichting en Discus spots zorgen voor een flexibele accentverlichting van de koopwaar.
Met hun vlakke en discrete vormgeving passen de Discus spots uit drukgegoten aluminium in elke architectuur. En alhoewel het design van de Discus spot speciaal voor LED’s werd ontwikkeld, presenteren ook de uitvoeringen met compacte hogedrukontladingslampen van 20 tot 70 Watt zich in dezelfde vorm en grootte. Met de stroomrail- en inbouwversies van de spotserie zijn zodoende lichtoplossingen in één doorlopend design met zeer moderne lichtbronnen mogelijk.
In de speelgoedafdeling van het winkelcentrum werden de armaturen vlak in het plafond ingebouwd. In de schoenenzaak daarentegen moest een geringe inbouwdiepte van 4 cm worden overwonnen. Daarom werden de lichtlijnen hier als halve inbouwvariant in het plafond geïntegreerd. De Discus spots konden op inbouwrails worden gemonteerd zodat ze nog steeds 360° draaibaar en 90° kantelbaar zijn. Het samenspel tussen de algemene verlichting en de effectverlichting geeft aan de presentatievlakken een vriendelijk en levendig karakter dat de aandacht en nieuwsgierigheid trekt.
Ook voor de hoogst mogelijke veiligheid wordt gezorgd: de compacte en efficiënte LED-veiligheidsarmaturen Resclite garanderen voldoende licht bij een noodgeval. Door de gereduceerde vorm past het systeem zich discreet in het plafondbeeld in.
Projektinformatie: | |
Bouwheer/exploitant: | Maxi Mode Center GmbH, Eppan/I |
Architectuur: | G & G Projektmanagement, Marling/I |
Elektroinstallation: | C. & G. Impianti S.r.l., Vahrn/I |
Lichtoplossing: | Zumtobel » Spotserie Discus » inbouwarmatuur Slotlight II » downlightserie Panos Infinity » noodverlichting Resclite » lichtlijnsysteem Tecton |
Al van aan de buitenkant doet de stand met zijn gestileerde gevels, etalages en inkomzones aan een typische winkelsituatie denken. Zelfs de wisselwerking tussen de etalageverlichting en het daglicht wordt door een LED-lichtplafond realiteitsgetrouw gesimuleerd. De oppervlakken van de beursstand zelf zijn sterk gereduceerd en met zuiver witte en grijze tinten discreet uitgevoerd. Zo wordt de aandacht van de bezoekers volledig naar de expositiestukken en lichtbelevingen gestuurd. ’s Avonds pas wordt de Zumtobel stand door dynamische lichtoplossingen in een zelf ontwikkelde multimediaperformance tot een indrukwekkende coulisse getransformeerd – een ware bron van inspiratie voor ogen en oren.
Binnen in de stand worden talrijke oplossingen voor verschillende presentatievlakken getoond – onder andere verlichtingen voor winkelrekken, nissen, kassazones, uitstaltafels, kleedhokjes en een koeltoog met verswaar. Zo krijgt de bezoeker bij een rondgang doorheen de stand het passende lichtconcept voor elke verkoopsituatie te zien. “Als grootste internationale beurs voor handelsinvesteringen is EuroShop voor ons een belangrijk platform om aan bezoekers efficiënte en op maat gesneden oplossingen voor alle verkoopsituaties te tonen. Daarbij willen we potentiële klanten niet alleen overtuigen door onze innovatieve LED-producten, maar vooral ook door onze globale aanpak waarin technologie, dynamiek en efficiëntie tot een bijzondere lichtbeleving samensmelten", aldus Harald Sommerer, CEO van het merk Zumtobel.
Highlights
Een van de producthighlights van de beurs is ongetwijfeld de nieuwe LED-spotserie lyon. Samen met het architectuurbureau Delugan Messi heeft Zumtobel een hoogwaardig spotdesign ontwikkeld. lyon slaat met haar buitengewone, speciaal voor de LED-technologie ontwikkelde vorm en uitstekende lichtkwaliteit nieuwe wegen in voor de verlichting van verkoopruimtes. Een innovatief lens-/reflectorsysteem, krachtige LED-modules, uitstekende kleurweergave-eigenschappen en uitvoeringen in Stable White en Tunable White zijn slechts enkele van de vele troeven van deze bijzondere spotserie. Ze wordt op EuroShop voor het eerst aan het publiek voorgesteld.
Ook het door Zumtobel ontwikkelde LED-systeem voor de verlichting van winkelrekken beleeft zijn première op EuroShop. Uitgerust met de meest recente LED-technologie toont dit discrete LED-systeem een uitstekende licht- en kleurweergavekwaliteit op een zeer kleine ruimte. De innovatieve rekverlichting bestaat uit hoogwaardig verwerkte LED-lichtkoppen die zich via verschillende modules laten combineren. De frontring van de lichtkoppen steekt slechts 4mm boven de modules uit: dankzij de uitgekiende integratiemogelijkheid blijven de lichtbronnen voor de waarnemer nagenoeg onzichtbaar.
Voor koeltogen is er de nieuwe, uiterst flexibele LED-spot Vivo Tunable Food. Vivo Tunable Food bouwt voort op de beproefde LED-spotserie Vivo LED en kan met een instelbaar kleurenspectrum het licht met een simpele knopdruk op de specifieke verswaar – fruit, kaas of vlees – afstemmen. Via een draaischakelaar of via DALI kunnen aan de spot tien op de LED-printplaat voorgeprogrammeerde kleurpunten direct worden opgeroepen. Daarmee vervangt de nieuwe LED-spot de tot hiertoe gebruikelijke, omslachtige reflector-/filtercombinaties.
Tunable White – een aanwinst voor verkoopruimtes
Verlichtingsconcepten voor verkoopruimtes waarbij door middel van dynamische kleurtemperaturen en lichtintensiteiten het daglicht wordt gesimuleerd, creëren een feelgoodstemming en doen klanten langer blijven. Een andere, belangrijke trend op de Zumtobel stand is dan ook de presentatie van Tunable White. Daarvoor stelt Zumtobel een programma van LED-downlights en spots met een unieke kleurtemperatuurdynamiek binnen het bereik van 2.700 tot 6.500 Kelvin voor.
Zumtobel stand: hal 11, stand A 16.
www.zumtobel.com/euroshop2011Groente- en fruitafdelingen, maar ook vlees- en kaastogen zijn vaak blikvangers voor klanten en het visitekaartje bij uitstek van een voedingszaak. Een speciaal op de producten afgestemde lichtkleur en –verdeling zijn in deze verkoopafdelingen de beslissende criteria voor een goede verlichting. Het kunstlicht moet daarbij ondersteuning bieden en de producten mooi en smakelijk presenteren zonder dat ze aan authenticiteit verliezen.
Al deze eisen verenigt de nieuwe LED-spot van Zumtobel, Vivo Tunable Food, in één enkele armatuur: tien op de LED-printplaat voorgeprogrammeerde kleurpunten kunnen via een draaischakelaar aan de spot zelf of via de DALI-sturing worden opgeroepen. Zo is Vivo Tunable Food in staat om met een instelbaar kleurenspectrum het licht exact op de specifieke verswaar en volgens de wensen van de klant af te stemmen. Daarmee vervangt de nieuwe technologie de tot hiertoe gebruikelijke, omslachtige reflector-/filtercombinaties. Om de best mogelijke oplossing te ontwikkelen, heeft Zumtobel de verschillende kleurpunten samen met haar klanten getest en vastgelegd. Dankzij een uniek lens-/reflectorsysteem haalt Vivo Tunable Food bovendien een optimale, gelijkmatige lichtverdeling en een hoge kleurweergave van Ra > 80. Beide factoren garanderen op die manier een authentieke productpresentatie. Met deze eigenschappen kunnen tot slot alle verswaarafdelingen van een voedingszaak eenvormig met Vivo Tunable Food worden verlicht. De eenvoudige hantering van de spot maakt de installatie vele malen eenvoudiger. Bovendien beschermt de IR- en UV-vrije LED-verlichting de levensmiddelen en vermindert ze schadelijke warmtestralen.
Met de nieuwe productontwikkeling van Vivo Tunable Food verzet Zumtobel andermaal de bakens en toont ze dat LED-armaturen ook bij verswaren optimaal kunnen worden ingezet, een toepassingsdomein waarin tot vandaag metaaldamphogedruklampen de toon aangaven. Nu hebben ook hier LED-armaturen, met hun voordelige levensduur, efficiëntie, kleurendynamiek en lichtkwaliteit, conventionele lichtbronnen ingehaald. De LED-spot Vivo Tunable Food zal vanaf mei 2011 in de kleuren wit en titaan verkrijgbaar zijn.
Om een doorlopende verlichtingsoplossing in de hele supermarkt te garanderen, houdt de productserie nog een Vivo LED spot klaar. Met een identiek design als Vivo Tunable Food zorgt Vivo LED Stable White voor sterk accentlicht in winkelrekken. Zo worden globale lichtoplossingen in één doorlopende look perfect realiseerbaar.
» voor productfamilie VIVO TUNABLE FOOD
Beelden: Publicatie gratis met vermelding van Zumtobel
Bij het ontwerp van dit 150 miljoen euro kostende project bestond bij de twee investeerders al de twijfel, of de handel al te zeer op de voorgrond zou kunnen komen te staan. Om dit te voorkomen, gaven de MPC Holding en Meryll Lynch aan het gerenommeerde architectuurbureau Chapman Taylor de opdracht om de voorgevel en het interieur te ontwerpen. Ze waren ervan overtuigd dat ze hierdoor iets bijzonders voor de stad Belgrado zouden creëren, iets dat veel meer is dan het simpele idee van een winkelcentrum. De architecten hadden al bij meerdere internationale projecten bewezen dat allebei de aspecten – handel en architectuur – zich tot een geslaagd geheel laten combineren. En inderdaad ziet de voor het project verantwoordelijke architect Gerardo Sannella hierin ook niet werkelijk een tegenstrijdigheid. “Wij zijn er bijzonder goed in om mooie, functionele en sterke architectuur te ontwerpen, zonder hierbij het commerciële aspect uit het oog te verliezen. Want tegenwoordig moet alles commercieel zijn. Elk museum heeft zijn eigen shop en zijn café. Zo is elke kunstexpositie een soort shopping centre“, legt hij uit.
De architectuur van het Ušće leeft van sterke contrasten. De machtige, signaalrode voorgevel trekt de bezoekers aan, het heldere, rustige interieur nodigt uit om te blijven. Zachte natuurtinten strelen het oog en vormen een neutrale ruimte voor de enscenering van de shops en de attracties. “Onze taak bestond erin een kader voor de verschillende winkels te creëren. Dus hebben wij veel met wit gewerkt – zo richt alle aandacht zich op het aanbod van de verkoop- en food-zones“ beschrijft Gerardo Sannella het vormgevingsconcept.
Het spannende contrast tussen buiten en binnen is ook terug te vinden in de lichtplanning die in nauwe samenwerking tussen de lichtplanners, Voltaire Lightdesign uit Milaan en de elektro-installateurs BDSP uit Belgrado, plaatsvond. Terwijl de voorgevel van het shopping centre door sterke lichtbronnen verlicht wordt, plaatsen de armaturen van Zumtobel binnen in het gebouw rustgevende accenten. Grote lichtkoepels overspannen de galerijen die over drie “beuken” en vier verdiepingen verdeeld zijn. Het daglicht dat hier invalt, wordt in de avonduren vervangen door een combinatie van Xeno spots en het Miros spiegelprojectiesysteem, die een zacht licht verspreiden. Verlaagde plafonds, nissen en uitstekende gedeeltes scheppen ruimte voor een verlichting met lichtbanden, waarbij rustige en levendige zones elkaar afwisselen. Boven de hoofdingang en in de centrale gedeeltes geven lichtplafonds een helder, warm licht. Als aanvulling hierop plaatsen de in het plafond geïntegreerde Downlights punctuele accenten en geleiden de bezoekers langs de winkelstraten. Daartussen zijn steeds weer smalle lichtlijnen te vinden die aan een verlichte barcode doen denken. De meeste armaturen kunnen gedimd worden, wat voor de bezoeker aangenamer is dan steeds dezelfde lichtsterkte. De gehele regeling gebeurt met behulp van het lichtmanagement-systeem Luxmate Professional.
In het Ušće zijn architectuur en licht perfect op elkaar afgestemd en vullen elkaar op een unieke manier aan. „Niet de enscenering van de afzonderlijke armatuur staat op de voorgrond, maar de totaalindruk. Voor architect Gerardo Sannella niet gewoon maar een met wetenschappelijke competentie te volbrengen taak, maar een filosofie: „De perfecte omzetting van architectuur en licht bestaat erin, het licht onzichtbaar en in plaats daarvan voelbaar te maken. Kunstmatig licht natuurlijk te laten lijken – dat is de ware kunst.“
Projectinformatie: | |
Opdrachtgever: | Ušće Shopping Center d.o.o, Belgrad/SRB |
Architectuur: | Chapman Taylor Architetti S.r.l, Milaan/I |
Lichtplanning en -design: | Voltaire Light Design, Milaan/I |
Elektro-installatie: | BDSP YU d.o.o, Belgrad/SRB |
Lichtoplossing | Zumtobel » Lichtplafond en lichtlijnen SLotlight II » Downlights Panos Q en Panos M » Xeno spots » Miros spiegels » lichtbandsysteem Tecton-Tetris » veiligheidsverlichting Resclite en Onlite SB 128 » lichtmanagement-systeem Luxmate professional |
Beelden: Publicatie gratis met vermelding van Zumtobel.